Deze keer wil ik in mijn blog een gevoelig onderwerp behandelen. Hoeveel ambitie hebben we eigenlijk als het gaat om onze ondergrond? Ik heb het daarbij nu niet over de kansen van de ondergrond, over de integrale blik en verbinding met maatschappelijk al dan niet gewenste ontwikkelingen. Die vind ik wel degelijk belangrijk en ik ben blij dat we daar ook Strong voor hebben. Nee, het gaat me nu om de duurzaamheidambities inzake de kwaliteit van de ondergrond. De aanpak van verontreinigingen. Ik proef hier ongemak over en krijg dat onversneden te horen. Ondanks vele voorbeelden van een goede en ferme aanpak, lijkt het soms of wachten loont, dat beheer staat voor weinig doen en dat innovatie weinig ruimte krijgt. Het is prima dat nuchterder wordt omgegaan met risico's, maar laten we nu niet teveel lopen? Wat is onze ambitie? (Gerd de Kruif, 15 mei).

Als eerste is het een politieke afweging wat onze ambitie is. Natuurlijk is zo'n afweging ook afhankelijk van maatschappelijk belang en onrust. Foto_Gerd_de_Kruif3In die zin is het opvallend stil rond ondergrond en dat is niet alleen goed. Op de tweede plaats moeten we het verhaal niet te simpel maken. Het verhaal is niet zwart-wit. Het maakt echt groot verschil of je te maken hebt met grind, zand of klei, met de soort verontreiniging, met het gebruik et cetera. Het komt aan op maatwerk. Daarom is het goed dat de aanpak is gedecentraliseerd. En het is belangrijk dat in de midterm review 2013 wordt geconcludeerd dat de bevoegde overheden in algemene zin goed op streek zijn. Maar blijft de vraag wat onze ambitie is, zeker ook de komende jaren. Willen we vasthouden aan gestadige verbetering van de kwaliteit van de ondergrond? Hoe gaan we die bereiken? Waar ligt onze prioriteit? Het is een actuele discussie met het oog op de omgevingswetgeving en aanstaande nieuwe convenantafspraken. Ik proef de wil bij partijen om de aanpak van bodemverontreiniging op een verantwoorde wijze verder te brengen. Gestadige verbetering wordt natuurlijk alleen al bereikt door de zorgplicht, waarmee nieuwe verontreinigingen niet zijn toegestaan. Maar dat is niet genoeg. Wat betreft de historische verontreinigingen pakken we allereerst spoedlocaties met ambitie aan. Focus daarop is en blijft belangrijk. Dan is er nog de werkvoorraad van andere (mogelijk) ernstig verontreinigde locaties. De verantwoordelijkheid van de eigenaar voor deze locaties blijft. Als hij bijvoorbeeld een locatie ontwikkelt, moet hij daarnaar handelen. Waar is hierbij een meer actieve aanpak vereist? Een sleutelrol lijkt de kwaliteit van het grondwater te krijgen. Het nieuwe goud na olie en gas uit onze ondergrond. Met een grote directe economische waarde in termen van drinkwater en productiewater en als bepalende factor voor het functioneren van het bodem- en watersysteem met een grote variëteit aan ecosysteemdiensten. De kwaliteit van ons grondwater is ons ongetwijfeld wat waard. Ook een actieve aanpak van bedreigende verontreinigingen. Misschien moet in de aanpak daarvan een onderscheid worden gemaakt tussen de bron en de pluim. Mijmeringen over invulling van ambities van mijn kant. Ik hoor graag reacties.

Gerd de Kruif (Rijkswaterstaat Leefomgeving)

Website

Linkedin

Reageren op deze column kan hier: Linkedingroup