Sinds 21 december 2015 is het ontbrekende deel van de A4 (Delft-Schiedam) opengesteld.
Als A13-filerijder was ik daar erg blij mee. Vanuit Amsterdam werd het eerste deel al in 1938 aangelegd. Het oplossen van bestuurlijke en financiële problemen, met name over dat laatste stukje, heeft geduurd van de jaren 50 tot 2011, maar uiteindelijk is gestart met de werkzaamheden (Paul de Reus, 14 april).

Zo'n twee weken voor de opening, kwam in het nieuws dat er een groot waterprobleem was bij de verdiepte delen. Hoe groot? Honderdduizenden liters! Per dag!Paul_de_Reus
Vreemd, zo kort voor de oplevering: De 'tunnel' was al lang klaar, er moesten alleen nog wat lampen opgehangen worden, en opeens blijkt de tunnel toch een gracht te zijn? Minstens zo vreemd was dat er meteen bij werd gezegd dat de openstelling gewoon zou doorgaan. Geruststellend voor mij als spitsrijder, maar beroepsmatig bleef het wel intrigeren.

Dat er water zou moeten worden opgepompt was vooraf al duidelijk, en daar was een Watervergunning voor. Om de hoeveelheid te beperken, is aan weerszijden van de weg een bentonietwand in de bodem gemaakt, die vanaf maaiveld reikt tot een dieper gelegen, slechtdoorlatende laag. Toch viel de hoeveelheid 'lekwater' tegen: Er was zes keer meer dan gepland. Na verbetering van de bentonietwand nog steeds, maar nu 'slechts' drie keer meer dan gepland.
Lastig, want Rijkswaterstaat moet dat water ook weer kwijt. Dat kost geld en moeite, en de vergunning ging maar tot een kleiner debiet.

Die tegenvallende watersijpeling was natuurlijk al langer bekend. Ik gok dat daarmee tijdens de werkzaamheden creatief is omgegaan. Maar nu de gewone gebruiksfase naderde, moest de watervergunning worden aangepast. De publicatie daarvan triggerde de pers, zo werkt het nieuws nu eenmaal. De persberichten triggerden weer een kamerlid tot het indienen van kamervragen, zo werkt de politiek nu eenmaal. En uiteindelijk triggerde dit alles mij, zo werkt een columnist nu eenmaal.

De grote zorg van Rijkswaterstaat was de bodemdaling in dit veenweidegebied, wat zij met herinfiltratie heeft opgelost. De kamervragen gingen over het papierwerk: over het nodig zijn van een extra vergunning op grond van het Besluit lozingen buiten inrichtingen (Blbi). Het water zou namelijk geen grondwater zijn, maar afvalwater.
Begin april heeft de minister de motie beantwoord. De minister begeeft zich niet in muggenzifterij over het verschil tussen grondwater en afvalwater en feit dat het 'Bbli geen vergunningenregime kent, maar een meldingsregime. De minister antwoord slechts droog hoe de Waterwet zich met het Blbi verhoudt.

Resteert de vraag of van een kamerlid - dat het Blbi bij haar volle naam weet te noemen - verwacht mag worden dat deze zelf in de artikelen daarvan het antwoord vindt op zijn eigen vragen.

Paul de Reus
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Reageren op deze column kan hier: Linkedingroup