Door stichting Powerboat wordt al enkele weken een sprookje voor volwassenen opgevoerd in het Semiramispark, het buurtpark in mijn wijk Oosterflank, midden in de Alexanderpolder op zes meter onder zeeniveau, met nog eens ruim 200.000 mensen in andere wijken in deze droogmakerij. Het sprookje “Vluchten of vechten wordt opgevoerd in een tijdelijk waterpaviljoen, waarin vanaf een goot op zeeniveau het water 6 meter omlaag wordt gestort in een waterbassin. En dan zie je dat 6 meter toch wel erg hoog is. (Anton Roeloffzen, 13 september)

Foto Anton 16feb10Het sprookje speelt zich af in het jaar 2100. Het zeewater is zo hoog gestegen dat de Schielands hoge zeedijk op breken staat en iedereen wordt verzocht te evacueren. De koningin is het hiermee niet eens en wil snel nog hogere dijken bouwen om de polder droog te houden. De kroonprins ziet dit echter niet zitten, wil zo snel mogelijk weg en saboteert het ophogen van de dijk. En wat vinden de bewoners van de polder nu eigenlijk, de toeschouwers die netjes op 1,5 meter afstand van elkaar het spektakel aanzien?

Voor het bekijken van het sprookje zijn ze door de wijk gewandeld en luisterden ze naar een podcast, waarin diverse wijkbewoners werden geïnterviewd over wat zij vinden van het waterprobleem, zowel jongeren als ouderen. Willen ze weg of blijven ze? Begrijpen ze het belang van de bodem voor de opslag en afvoer van hemelwater? Weten ze dat ze zes meter onder zeeniveau wonen en wat de klimaatverandering op termijn gaat betekenen? Is vluchten wel een optie als de dijk het begeeft? Nee dus! Uit onderzoek is gebleken dat de polderbewoners niet tijdig kunnen wegkomen. Wegen raken verstopt en de paniek wordt te groot. Verticaal evacueren, vluchten in hoge flatgebouwen is het enige alternatief.

En als ze blijven, wat dragen ze bij aan het behouden van droge voeten? Hebben ze hun tuin vol gelegd met tegels of staan er planten, struiken en bomen in? Hebben ze een regenton of niet? Veel polderbewoners zijn hier helemaal niet mee bezig. Wordt het niet tijd voor een “tegeltax”, zoals door sommige gemeenten die al hebben ingevoerd?

Ook de rol van “de overheid” kwam aan bod. Wat doet de gemeente en wat doet het waterschap? Wordt de toch stenige wijk Oosterflank nu ontsteend? Ja, er worden bij straatrenovaties stappen gezet, maar het gaat wel erg traag.

Is er genoeg oppervlaktewater om overtollig regenwater op te slaan en af te voeren? Nee dus, want er is minder dan 5% oppervlakte water in de wijk, het noodzakelijke minimum voor een wijk in de polder! Sinds een jaar of tien eist het waterschap compenserend oppervlaktewater bij de realisatie van nieuwe gebouwen in de wijk, maar het vinden van ruimte hiervoor is lastig in een dicht bebouwde stenige woonwijk, grotendeels gebouwd tussen 1980 en 1995. Het halen van 5% water wordt dus nog een hele uitdaging.

Nu is de wijk Oosterflank niet uniek als het over dit soort zaken gaat. Veel oude wijken, maar ook relatief nieuwe, hebben te weinig oppervlaktewater, een (te) hoge bebouwingsdichtheid en teveel versteende tuinen. En dat niet alleen in de Randstad, maar in álle Nederlandse steden. Voor het tijdig treffen van maatregelen is bewustwording essentieel, bij bewoners én overheden. Er is veel werk aan de winkel!

Het zou goed zijn als ook in andere steden en wijken watersprookjes worden opgevoerd. Het maakt mensen bewust van de waterproblemen in de toekomst. Kijk eens op www.powerboat-rotterdam.nl.

20201013 Column Anton Natte Voeten

Anton Roeloffzen

Reageren op deze column kan hier:  LinkedIn