Onze regering heeft zich tot doel gesteld om in het jaar 2030 de emissies van het broeikasgas kooldioxide voor ongeveer de helft te hebben gereduceerd. Het regeerakkoord geeft een overzicht van de maatregelen die hiervoor op stapel staan. In de top drie staan het afvangen en ondergronds opslaan van kooldioxide, het sluiten van kolencentrales en het extra oogsten van wind op zee. Ik vraag mij af of ondergrondse opslag als belangrijkste maatregel wel verstandig is.
De plannen voor het afvangen en het opslaan van kooldioxide hebben veel reacties opgeroepen. Hoe die te wegen? Bij een duurzaam gebruik van onze ondergrond voor het opslaan van onze afvalstoffen moet er oog zijn voor People, Planet en Profit. (Theo Edelman, 22 november)

Foto Theov3De opslag van kooldioxide is voorzien in lege gasvelden in de Noordzee. Dat voorkomt dat bewoners zich gaan verzetten tegen opslag onder hun huizen, zoals enkele jaren geleden in Barendrecht het geval was. Op zee wonen geen mensen. Dat is dus een handige keuze. Maar tijdens toekomstige ijstijden kan dat zomaar anders liggen. Hier doet zich de ethische vraag voor hoelang je bij dit type afwegingen vooruit moet denken, want een nieuwe ijstijd volgt echt niet binnenkort, maar wel ooit.
Een voormalige adviescommissie van de regering heeft ooit geadviseerd om bij elke vorm van opslag in de diepere ondergrond te waarborgen dat het opgeslagen materiaal weer teruggewonnen kan worden. Bijvoorbeeld omdat er lekkages optreden, of omdat het materiaal toch weer bruikbaar blijkt te zijn. Dat was een verstandig advies, dat wat mij betreft nog steeds zou moeten gelden. Natuurlijk wordt opslag in de ondergrond hierdoor duurder, maar dat zouden we er dan voor over moeten hebben.

Vanuit milieuorganisaties zijn uiteenlopende bezwaren geuit tegen het ondergronds opslaan van kooldioxide, vooral omdat dit ten koste gaat van subsidies voor meer duurzame vormen van energieopwekking. Het gebruik van fossiele brandstoffen wordt zo niet afgeremd, het onderzoek naar meer duurzame vormen van energieopwekking daarentegen wel. Daar hebben deze organisaties een belangrijk punt, want dat kan toch de bedoeling niet zijn.
Een ander punt is de omschakeling van de werkwijze bij onze chemische industrie. Toen wij nog massaal op kolen stookten, was de chemische industrie gebaseerd op de koolteerchemie. Sinds wij massaal aardolie gebruiken, is er sprake van een petrochemische industrie. Als wij deze gedachtegang voortzetten, zou er weer een nieuw type chemische industrie kunnen ontstaan gebaseerd op kooldioxide als basisproduct.

Ik denk dat het helpt om een flinke prijs te rekenen voor eenieder die kooldioxide produceert. Andersom zou het vastleggen van kooldioxide geld moeten opleveren. Dit zal de industrie stimuleren om het produceren van kooldioxide waar mogelijk te vermijden, de landbouw om organische stof en daarmee kooldioxide in de bodem vast te leggen en natuurorganisaties om veengronden in ere te herstellen. En wie weet gaat het gebruik van het kooldioxide vastleggende olivijn met sprongen vooruit.

Naar mijn oordeel zouden de regeringspartijen nog eens goed moeten nadenken over het opslaan van kooldioxide in de ondergrond. Er zijn immers zoveel alternatieven. Daar horen uiteraard goede berekeningen bij en het zuiver toepassen van de beginselen van duurzaamheid. Een nationaal debat gebaseerd op feiten, zonder linkse of rechtse vooringenomenheid, zou hier op zijn plaats zijn.

Theo Edelman (Bodemkundig Adviesbureau Edelman)

Website
Facebook
Twitter

Reageren op deze column kan hier: LinkedinGroup