In de milieusector kom je soms zulke tegenstrijdige belangen tegen, dat de ironie er van af spat. Een leuk voorbeeld kwam ik tegen in de baggerwereld. De scheepvaart moet er de komende jaren ook aan geloven en minder CO₂ gaan uitstoten, baggerschepen incluis. Slimme meisjes en jongens denken na over mogelijke maatregelen om dat doel te bereiken. Vaak zitten oplossingen in de innovatieve hoek, zoals andere scheepsbrandstoffen of smart-shipping. Ook een simpele maatregel als iets langzamer varen blijkt erg effectief (na slow-food krijgen we misschien dus ook slow-dredging).
We kennen in Nederland een grote baggeropgave in de vorm van kustsuppletie. Dit is een klus die hard nodig is om Nederland klimaatproof te maken. Het verraste me toen ik in dat kader een optionele CO₂-reducerende maatregel tegenkwam die 'minder suppleren' werd genoemd. Kortom, we kunnen de kust ook gewoon wat minder versterken om CO₂ uitstoot te beperken.
Klimaatmitigatie en klimaatadaptatie lekker laten concurreren. Ik ben benieuwd wie gaat winnen. (Jan Klein Kranenburg, 11 oktober)

Een aardig voorbeeld van waar het goed gaat met het verantwoord omgaan met baggerspecie is in het gebied Eems-Dollard in Noordoost Groningen. Baggerspecie uit die Eems wordt lokaal gebruikt in allerlei toepassingen. De Kleirijperij staat hier als foto Jan Klein Kranenburgconcept centraal. De Kleirijperij is een pilotproject waarin baggerspecie wordt opgewaardeerd tot dijkenklei, een product dat aan strenge kwaliteitseisen moet voldoen. Een soort win-win-win-win-project omdat zowel natuur, scheepvaart, Rijkswaterstaat als het klimaat profiteert. Een 'circulair slibproject' wordt het genoemd. We gaan hiermee terug naar een manier van werken die vroeger volstrekt normaal was. Het logisch-lokaal nadenken zijn we alleen een beetje verleerd.

Ik vind vooral de winst op het vlak van CO₂-reductie mooi, want deze werkwijze scheelt heel wat transportbewegingen. Vergelijk deze werkwijze maar eens met die dubieuze transportbewegingen vanuit heel Europa richting onze diepe zandwinplassen.
De vraag is natuurlijk wat dergelijke lokale oplossingen voor economisch effect hebben. De projectmanager van het project geeft daar in een interview zelf antwoord op: 'Als we straks de meest geschikte methode hebben vastgesteld, kunnen we dit op grote schaal gaan toepassen. En ook internationaal, omdat het slibprobleem een wereldwijd probleem is.'

Hier zie je dus nog een vijfde 'win'. We verleggen het transport van materialen naar het transport van kennis. Elke slimmigheid die we bedenken weten we weer vliegensvlug als kennis te exporteren. Kennisexport kan redelijk klimaatneutraal. Hiermee is maar weer bewezen dat mitigatie en adaptatie ook prima hand in hand kunnen gaan.

Jan Klein Kranenburg

Linkedin

Reageren op deze column kan hier:Linkedingroup