Vandaag wordt Internationale Vrouwendag gevierd (Theo Edelman, 8 maart).
De datum is gekozen vanwege de eerste staking van vrouwen die plaatsvond op 8 maart 1908 in New York. De staking was gericht tegen de slechte arbeidsomstandigheden in de textielindustrie en is beroemd geworden door onder meer de poëtisch verwoorde eis van de vrouwen: "brood en rozen".
Zou het ruim honderd jaar later beter gaan met de vrouwen? Ik zocht wat feiten op.
1. Vrouwen vormen 50% van de wereldbevolking.
2. Vrouwen doen 66% van al het werk.
3. Vrouwen verdienen 10% van het wereldinkomen.
4. Vrouwen hebben 1% van alle bezittingen.
5. Van alle regeringsleiders op de wereld is 5% vrouw.
6. Van alle armen op de wereld is 75% vrouw.
7. Van alle analfabeten op de wereld is 66% vrouw.
8. Van alle vluchtelingen op de wereld is 75% vrouw.
9. Van de 150 leden van de Tweede Kamer in Nederland is 36% vrouw.
10. Vrouwen in Nederland verdienen gemiddeld 23% minder dan mannen.
Cijfers uit de bodembranche heb ik helaas niet tot mijn beschikking. Gelukkig is wel bekend wie hebben deelgenomen aan de Keizerskroonconferentie. U weet wel, de conferentie waar over de transitie van het bodembeleid is vergaderd. Uit de deelnemerslijst blijkt dat er 28 mannen en 8 vrouwen aanwezig waren. Ik heb de indruk dat in de bodembranche meer mannen dan vrouwen werken, maar 78 procent mannen oogt wel heel hoog. Maar ja, waarom organiseer je de conferentie dan ook in de Keizerskroon?
Kent u de wiskundemeisjes? Zij publiceren in de Volkskrant regelmatig een column over een wiskundig onderwerp. Als de wiskundemeisjes ook verstand hadden van bodem, zou ik ze graag even voor mij alleen hebben en hen bestoken met vragen.
1. Met welke nauwkeurigheid zijn de Interventiewaarden eigenlijk vastgesteld? Welke aannames zijn daarbij gemaakt? Hoe zou zich dat vertalen in bandbreedtes rondom dat ene getal?
2. Als je hetzelfde monster tweemaal analyseert, hoe groot is dan de kans dat het gehalte tweemaal hetzelfde is? Hoe zit dat binnen een laboratorium en tussen verschillende laboratoria? Zou je hier ook niet in bandbreedtes moeten denken?
3. Hoe representatief is een grondmonster eigenlijk? Als je het monster 10 cm verder zou hebben genomen, zou dat een vergelijkbare samenstelling hebben opgeleverd?
4. Als ik op de gebruikelijke dieptes van 10, 15 en 20 meter een peilfilter van 1 meter lengte plaats, wat is dan de kans dat ik een verontreiniging van het grondwater met gechloreerde koolwaterstoffen mis?
5. Als ik een bodemkwaliteitskaart gebruik om een indruk te krijgen van de verontreinigingsgraad van de bodem op een bepaalde plek, hoe groot is dan de kans dat de uitslag in de buurt van de werkelijkheid komt?
Ik zou de meisjes nog veel meer willen vragen. En u misschien ook wel. Zullen we de wiskundemeisjes uitnodigen voor het BodemBreed congres? Beter nog: we nodigen bodemmeisjes uit. En desnoods bodemjongens.
Helaas ken ik de wiskundemeisjes niet. Anders zou ik deze column aan hen hebben opgedragen. Dat doe ik daarom in alle bescheidenheid aan Moeder Aarde. Als ware het een boeket rozen, als dank voor het dagelijks brood dat ik dankzij haar ontvang.
Theo Edelman (Bodemkundig adviesbureau Edelman)
Reageren op deze column kan hier: Linkedingroup
