De ambities van het ministerie van VROM blijven groot, maar de middelen waarmee VROM deze wil bereiken zijn daarvoor niet voldoende. Dit constateert de VNG in haar reactie op de VROM begroting (VNG Nieuws, 10 november). In het licht van bijvoorbeeld de bezuinigingen op ISV- gelden en huursubsidie kan VROM geen extra prestaties van gemeenten vragen, zonder dat daar extra middelen tegenover worden gesteld. De VNG vraagt voorts de beëindiging van energiesubsidies te heroverwegen. WonenAanpak van de problemen in de grote steden staat hoog op de gemeentelijke agenda. Echter, de budgetten waarmee de gemeenten de komende periode moeten werken zijn beperkt. Volgens de VNG kan het Rijk dan ook geen extra prestaties van gemeenten vragen zonder daar aanvullende middelen tegenover te stellen. Het voorstel van de minister om circa € 100 miljoen te reserveren voor een apart stimuleringsbudget wordt niet onderschreven. Het gehele beschikbare budget dient integraal ingezet te worden voor het Stedelijke Vernieuwingsbeleid. VROM kondigt in de begroting aan ook te bezuinigen op de huursubsidie. Voor de burger betekent dit ten eerste een verhoging van de eigen bijdrage. Een tweede bezuiniging heeft het ministerie wel aangekondigd, maar nog niet concreet ingevuld. De VNG benadrukt dat de keuzemogelijkheden voor de burgers niet verder mag beperken. Voorkomen moet worden dat de druk op de sociale woningvoorraad groter wordt. Woningcorporaties kunnen een grotere rol spelen bij stedelijke vernieuwing. De VNG ziet graag een spoedige afronding van de reeds langdurig lopende discussie rondom matching van corporatievermogens. Het advies van de VROM-raad geeft hiertoe volgens de VNG een waardevolle aanzet en wordt onderschreven. RuimteDe nota's op het gebied van natuur, landbouw, water en mobiliteit - daar waar het de ruimtelijke aspecten betreft - zullen opgaan in een Nota Ruimte. De VNG vindt dit een positieve ontwikkeling, om tegemoet te komen aan de voorstellen voor deregulering en ontbureaucratisering. Maar minder regels stellen moet geen doel op zich worden. Keer op keer zal moeten worden bezien of bepaalde regelgeving het doel bereikt waartoe ze is opgesteld. Gemeenten kunnen de Nota Ruimte alleen adequaat uitwerken als aan een aantal randvoorwaarden wordt voldaan. Bundeling van financieringsstromen voor zowel stedelijk als landelijk gebied, een adequaat juridisch instrumentarium en regionalisering van het ruimtelijk beleid zijn onontbeerlijk voor het uitwerken van ontwikkelingsplanologie. Het Rijk heeft de komende periode niet genoeg aandacht voor het stimuleren en faciliteren van de ontwikkelingstaken. Voor het landelijk gebied moeten meer mogelijkheden voor economische ontwikkeling komen. Het verbreden van de ruimte voor ruimteregeling en ruimte voor functieverandering bij vrijkomende agrarische bebouwing kunnen hiertoe bijdragen. Het stimuleringsproject DURP is de motor voor het digitaliseren van bestemmingsplannen. Veel gemeenten zijn hier volop mee aan de slag. Indien DURP voortijdig wordt beëindigd, en er in 2004 geen budget voor wordt vrijgemaakt, zullen de tot nu toe behaalde resultaten niet kunnen worden verzilverd. MilieuDe milieudoelstellingen blijven onverminderd gehandhaafd terwijl VROM fors snijdt in een aantal daarvoor bestemde subsidies. De subsidie van bodemsanering verminderd. Hierdoor is de verwachting dat gemeenten de programmatische aanpak van bodemsanering niet adequaat kunnen uitvoeren. Met als gevolg dat het tempo van woningbouw en herstructurering stagnatie oplevert. Subsidies voor energiebesparing en uitvoering van het klimaatbeleid schaft VROM af. Niet alleen voor het behoud van draagvlak voor milieubeleid is dit van belang. Diverse gemeenten zijn bij nieuwbouwprojecten samen met projectontwikkelaars aan de slag om energie- en CO2besparende maatregelen te treffen. Zonder subsidies komen deze ontwikkelingen niet verder van de grond. WaterIn de begroting zijn hoge ambities opgenomen voor het waterketenbeheer. Afkoppeling van regenwater van de riolering moet in 2030 volledig gerealiseerd zijn en een kostendekkend rioolrecht moet binnen 10 jaar gerealiseerd zijn en als basis voor een waterverbruikstarief gaan dienen. De VNG acht dit noch wenselijk, noch haalbaar. Eén waterverbruikstarief wijst de VNG af omdat daarmee directe sturing en democratische controle onduidelijk wordt. Alle gemeenten moeten binnen 10 jaar deelnemen aan benchmarking over hun rioleringszorg. Een benchmark is een prima systeem om gemeenten in de gelegenheid te stellen prestaties te meten en verbeteren. Verplichte benchmarking - als controlesysteem - gaat veel te ver, aldus de VNG.