Voor sommige niet bodemkundigen is het klip en klaar wat grond is. Voor hen volstaat een verwijzing naar het Besluit bodemkwaliteit. Daarin staat immers een definitie? Bodemkundigen denken daar vaak anders over. Met de huidige definitie zou je veel kanten op kunnen, ook ongewenste kanten. Daarover wil ik graag het naadje van de kous weten en ik ben daarom op onderzoek uitgegaan. Uiteindelijk zou ik graag een nieuwe definitie van grond willen formuleren en aan de wetgever aanbieden. (Theo Edelman, 25 mei)

Foto Theov3

Als bodemkundigen in opleiding gingen wij vaak op excursie. Bodems moet je zien, ruiken, voelen en destijds zelfs proeven. Soms leidde dat tot de gezamenlijke uitspraak ‘wat een prachtige grond’. Het ging dan bijvoorbeeld om een lekker rulle, donkergekleurde bovengrond, waarop een landbouwgewas het heel goed zou doen. Het is in zekere zin goed dat de Wet bodembescherming toen nog niet bestond, want die rekent dit fout. Grond is volgens de wet een ex-situ bestanddeel van de bodem. Dat betekent dat er in de bodem geen grond zit. Pas als je het vaste materiaal uit de bodem hebt gehaald, zou sprake zijn van grond. Ik vind dit een bijzonder eigenaardige opvatting. Het is in strijd met de algemene opvatting dat het vaste deel van de bodem uit grond bestaat. We spreken immers ook over grondsoorten. En die zijn toch echt een bestanddeel van onze bodem.

Voor de minder juridisch ingestelden onder ons is een definitie van grond niet bijster interessant. Het gaat er immers om wat je met het beschouwde product doet en wat de gevolgen daarvan zijn, of dat nou grond is of niet. Deze houding spreekt mij best wel aan. Maar voor grond gelden nu eenmaal andere regels dan voor bijvoorbeeld een bouwstof. Je ontkomt daarom niet aan een definitie.

Voor een definitie van grond kun je inderdaad terecht bij het Besluit bodemkwaliteit. Grond wordt daar gedefinieerd als een vast materiaal dat bestaat uit minerale delen met een maximale korrelgrootte van 2 millimeter en organische stof in een verhouding en met een structuur zoals deze in de bodem van nature worden aangetroffen, alsmede van nature in de bodem voorkomende schelpen en grind met een korrelgrootte van 2 tot 63 millimeter, niet zijnde baggerspecie.

De verhouding tussen minerale delen en organische stof roept bij mij direct al een vraag op. Ik ken van nature voorkomende grondsoorten die geen organische stof bevatten en aan de andere kant van het spectrum grondsoorten die geen minerale delen bevatten. Heeft dit onderdeel van de definitie dan wel een toegevoegde waarde? En hadden de bedenkers van deze definitie dat wel door? En zo ja, waarom staat dit onderdeel er dan toch in? Ik kom daar in een volgende verkenning zeker op terug.

In de jurisprudentie wordt vaak geleund op de context van een definitie. Wat zijn de achtergronden daarvan? Wat waren de overwegingen daarbij? Hoe moeten we de definitie duiden? Ik ben op zoek gegaan naar documentatie waarin ik daarover iets kon aantreffen. Daarbij kwam ik terecht bij een document uit 2004 met de titel ‘Naar een uniforme definitie van “grond” in de bodem- en afvalstoffenregeling van het Service Centrum Grond’. Het document is vermoedelijk in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur vrijgegeven en deels afgelakt. Dat maakt het voor mij des te interessanter. Immers: wat zou daar hebben gestaan dat het niet openbaar mocht worden? Het genoemde document is een gevolg van een belofte van de toenmalige minister van VROM op 27 juni 2002 in de Tweede Kamer om het begrip grond opnieuw te definiëren. Het onderzoek naar mogelijk misbruik van SCG-verklaringen heeft daarbij als katalysator gefungeerd.

Tijdens een televisierapportage en een hoorzitting voor de leden van de Tweede Kamer over granuliet kwamen weer andere aspecten aan de orde in verband met de definitie van grond. Zou ik het materiaal in mijn tuin willen hebben? Kan er een plantje op groeien? Belangrijke vragen die ‘het gevoel voor grond’ raken. In de huidige definitie is daarvoor geen plaats ingeruimd. Is dat jammer of noodzakelijk? Ik ga proberen daarachter te komen.

Wat hebben mijn verkenningen te betekenen? Voor granuliet, dat als grond in diepe plassen is toegepast? Voor thermisch gereinigde grond, waaruit alle organische stof is verdwenen? Voor zand en kiezels uit thermisch gereinigd asfaltgranulaat dat volgens de huidige regels als grond mag worden beschouwd? En als dat nou eens gemengd is met de vulstof uit asfalt, bestaand uit kalk en vliegas? Ik ga daar goed over nadenken. En ik hou je op de hoogte in volgende columns en wellicht een samenvattend artikel. Wordt dus vervolgd.

20210525 Column Theo

Theo Edelman

Website

Facebook

Twitter

Reageren op deze column kan hier:  LinkedIn