De beste raad is voorraad. Naast beleidsadviseur heb ik ook een winkeltje in onderdelen van klassieke racefietsen, Het Rijwielabattoir, en in mijn magazijn is dat gezegde Regel 1. Elke oude racefiets is die ik binnen krijg is anders. Allemaal zijn ze een product van uitzonderingen, speciale wensen van de klant en vreemde constructies die in de loop van de jaren zo zijn gegroeid. (Daan Henkens, 15 juni)

Foto DaanHenkens 02

Mijn voorraad is dus van alle markten thuis. Voor elk onderdeel kan de potentiële klant morgen op de stoep staan, opgelucht dat hij eindelijk dat wiel heeft gevonden waarmee zijn fiets weer compleet is, maar garanties of en wanneer die klant komt heb je nooit. Het enige wat je zeker weet is dat, als je toch besluit iets weg te gooien, er de volgende week iemand op de stoep staat die het zoekt.

Bij de verhuizing van mijn werkplaats wordt het gevolg daarvan merkbaar. De voorraadkasten zitten zo vol dat het niet direct duidelijk is wat er achterin ligt, bij elkaar passende setjes kunnen onbedoeld gescheiden raken en het overzicht begint te wankelen. Laat je dit proces op z’n beloop dan blokkeert de voorraad zichzelf en slib je steeds verder dicht in de rommel waarvan de toegevoegde waarde niet meer vast te stellen is.

Ik heb mijn twee banen uitgezocht op maximale afwisseling, maar hier zit tóch een overlap. Mijn onderdelenmagazijn is een madurodamversie van de echte wereld: elke situatie is anders. Elke vraag komt voort uit een complexe voorgeschiedenis van keuzes, behoeftes en onbedoelde bijwerkingen en of je nou een overheid of onderdelenverkoper bent: eigenlijk wil je op alle vragen een antwoord hebben en elk probleem kunnen oplossen. En zo staat ook de voorraadkast van de overheid vol met regels, handreikingen, richtlijnen en normen. En zoals in Het Rijwielabattoir elk bakje ongesorteerde schroefjes mogelijk net dat ontbrekende schroefje bevat om incomplete onderdelen weer verkoopbaar te maken, zo vormt ook elke nieuwe beleidsontwikkeling verbindingen met bestaande regels en adviezen. Als je de weg weet in dit web van verbanden en verwijzingen, is het een prachtige puzzel, maar moet ik die bak met boutjes wel bewaren als ik niet meer weet of ik de fiets waar ze bij horen ooit nog zal vinden? Kunnen we normen loslaten en overleggen schrappen als we niet kunnen inschatten of ze nog bijdragen aan het voorkomen van problemen?

Ik durf het niet, de bakjes ongesorteerde boutjes hebben daarvoor te vaak hun nut bewezen. Wanneer wordt de toegenomen complexiteit van nóg zo’n bakje groter dan de toegevoegde waarde? Onmogelijk te zeggen. Ik ben het punt al gepasseerd, maar zodra ik zo’n bakje omkiep op de schroothoop maak ik mijzelf hoogstpersoonlijk verantwoordelijk voor de teleurstelling van de klanten die ik ermee had kunnen helpen. Een beetje beschaamd stapel ik al die bakjes toch maar in de verhuisdoos…

Dat besmuikte gevoel is confronterend maar het weerhoudt me er wel van straks bij Man Bijt Hond als hoarder te worden geëtaleerd. De verhuizing is een blessing in disguise, bij het uitpakken van de dozen zal alles weer geordender in de kast komen zitten, en de schrootton verhuist niet mee.

Terug op kantoor voel ik hetzelfde ongemak, de eindeloze uitstel van de Omgevingswet maakt duidelijk dat ook de overheid de weg kwijt is in zijn eigen verzameling van regeltjes en normen. Het doet pijn, maar zo’n verhuizing helpt en is hard nodig. Laten we goed kijken hoe vol onze schrootton al zit. Opruimen lucht op, en de schrootprijzen zijn goed op het moment!

20220615 Column Daan

 

 

 

 

 

 

 

Daan Henkens

Linkedin

Reageren op deze column kan hier: LinkedIn