Ik liep een paar dagen met een vriend van hut naar hut in de Jura, een beetje afstand nemen van bodemkwaliteit en klimaatverandering. Toch ontkomen we er niet aan. Als we aankomen is alles groen. Eén winter zonder sneeuw is geen ramp, maar de wervingsslogan “Toujours blanc, toujours vert” is hier al jaren vooral een wens. De zomers zijn te droog, de winters te nat. Langlaufen gaat het dit jaar niet worden. (Arne Alphenaar, 20 februari)

arne

Onze eerste hut wordt gedreven door een dame die in de jaren ’90 Parijs verliet om in Afrika te werken. We praten over goedbedoelde, maar tot mislukken gedoemde, technische, politieke en vooral Westerse oplossingen om Afrika te ontwikkelen. Een andere kijk op welzijn kan een hoop problemen voorkomen. Onze gastvrouw heeft destijds in Afrika geleerd dat mensen tevreden kunnen zijn met wat ze hebben, en brengt dat nu in de middle of nowhere in Frankrijk in de praktijk.

De volgende dagen constateren we dat die andere kijk op welzijn lastiger is dan we zouden willen. Bij iedere ‘vervallen’ boerderij fantaseren we dat er toch echt méér in zou zitten, in onze eigen “Ik Vertrek”-droom. Onze derde hut ziet er nog precies zo uit als 40 jaar geleden (mijn foto’s uit 1983 zijn het bewijs). Het toonbeeld van een onthaast en duurzaam leven op het platteland. Romantisch wellicht, maar stilstand voelt toch als achteruitgang. Ze hadden er toch méér van kunnen maken? Of in elk geval die douche kunnen fixen die 40 jaar geleden ook al stuk was?

Noem me een vakidioot, maar de bodem liet me de hele trip niet los. We zien met eigen ogen hoe weinig bodem er eigenlijk is, een laagje van hooguit 40cm op kale rots. Om er “méér” van te maken is veel kunstmest nodig, moet het watersysteem ingrijpend worden veranderd, moeten wegen, huizen en fabrieken worden gebouwd en moeten hobbels (letterlijk) worden gladgestreken. Om méér te maken moet de omgeving worden vermaakt.

Na 5 dagen gaan we terug naar het land waar het watersysteem ís aangepast, waar de natuur ís gladgestreken en waar de bodem inmiddels is bedekt of uitgeput. We leven er comfortabel maar lopen tegen de grenzen van de maakbaarheid aan. Om Nederland comfortabel te houden, moeten we (als bodemprofessionals) bodem en grondwater beschermen, moeten we minder ‘maken’.

Het was confronterend te om merken hoe lastig het is om het automatisch streven naar méér los te laten. Het kost tijd om echt te voelen dat “méér” maken ook achteruitgang kan zijn. Laten we beginnen met niet meer kapot maken. Stoppen met het gebruik van PFAS en Round-up.  En misschien gaan wandelen in plaats van vliegen en skiën. Dan hoeven bergen niet méér te zijn dan mooi.

20230515 column Arne

Arne Alphenaar (TTE Consultants)

Website

LinkedIn

Reageren op deze column kan hier:  LinkedIn