De meningen binnen de Staten liggen verdeeld. Een aantal partijen gaf aan de integraliteit en duurzaamheid te missen. Ook wordt de vraag gesteld of de nota niet in strijd is met andere plannen en met name gestuurd door de bezuinigingen.
Er zijn vragen over waterberging, milieuschade door veeteelt, luchtvervuiling en leefbaarheid. Ook wordt gevraagd naar wettelijke normen en of dit het minimale is. Andere partijen geven juist aan dat er een goede focus is en dat de nota aansluit op het coalitieakkoord. De stand van zaken PMP in 2013 wordt genoemd en de personele kosten in verhouding tot de gelden die direct voor het beleid beschikbaar zijn.
Gedeputeerde De Vries geeft aan dat de kadernota als een overgangsfase gezien kan worden naar de Omgevingswet die over een aantal jaren zal komen. Het klopt dat er bezuinigd moet worden en dat daarom prioriteiten worden gesteld. De gedeputeerde is van mening dat er wel sprake is van een veel betere integrale benadering van problemen. Wettelijke normen zijn de basis. Waar nodig, met name bij stapeling van problemen, wordt gekeken of er meer kan worden gedaan.
Daarnaast wordt leefbaarheid gerelateerd aan basiskwaliteiten en is daarmee een integraal onderdeel van portefeuilles. De Omgevingswet zal naar verwachting in 2018 ingevoerd worden.
De Kadernota is met een meerderheid van stemmen aanvaard. PvdA, SP en PvdD stemmen tegen.
Voor meer informatie:
Communicatieadviseur Provinciale Staten
Martine Pronk:
Voor algemene informatie: