WILP - Nadat minister Cramer de dag ervoor de openingshandeling van de VAR-Gft-vergistingsinstallatie verrichte vond op 11 juni het mini-symposium 'Is bodem vreemd?' plaats op een unieke locatie; op 32 meter NAP+, boven op stortplaats De Sluiner in Wilp-Achterhoek (VAR, 15 juni). Ondanks het vroege aanvangstijdstip om 07.30 uur en het slechte weer met harde wind en regen, werd de bijeenkomst uitstekend bezocht door overheden, gemeenten, milieu-adviseurs en aannemers. Er vonden zeer leerzame en constructieve discussies plaats en het symposium werd door de deelnemers als zeer nuttig ervaren. Na afloop van het symposium kan gesteld worden dat:Duurzaam hergebruiken van grond en bouwstoffen een kwestie is van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen.Het Besluit Bodemkwaliteit enerzijds een generiek kader voor hergebruik van grond, bagger en bouwstoffen is maar anderzijds roept het besluit op tot gebiedsspecifiek maatwerk.Het bevoegd gezag heeft de mogelijkheid om binnen het eigen beheergebied strengere regels op te stellen. Ook als het gaat om de hoeveelheid bijmenging met bodemvreemd materiaal.Hergebruik van grond kan gepaard gaan met maatschappelijke onrust, zelfs wanneer de toegepaste grond chemisch en analytisch gezien géén onaanvaardbare risico's met zich mee brengt. Een belangrijke reden van deze ontrust is vaak het gevolg van visuele verontreiniging van de grond met afval en/of bouwstoffen die van nature niet in de bodem voorkomen.Bijzondere aandacht was er tijdens het symposium voor de algemeen aanvaarde normstelling voor asbest. De grens voor ernstige bodemverontreiniging ligt voor zowel grond als bouwstoffen op 100 mg/kg droge stof. Ter illustratie visualiseerde de heer Geert Hurkens (opsteller van het asbestbeleid van de gemeente Harderwijk) deze normstelling in zijn presentatie met de inhoud van één pak melk per kubieke meter grond en-/of puin.Ook al worden asbestrisico's door de oorspronkelijke inwoners van onder andere de regio's Goor en Harderwijk als ietwat overdreven beschouwd; Henk van Dijk (hogere veiligheidskundige ACVO) gaf in zijn speech treffend aan dat zelfs één asbestvezel een desastreus gevolg kan hebben op onze gezondheid. Daarom moeten we te allen tijde voorzichtig zijn. Vooral jongeren en nieuwe huizenkopers zijn zeer huiverig en beducht voor zichtbaar aanwezige asbest. Michiel Gadella (Bodem+), mede-opsteller van het Besluit Bodemkwaliteit, gaf duidelijk aan dat de huidige regelgeving gemeenten vereenvoudigde mogelijkheden biedt om hergebruik van grond te stimuleren, maar tevens de handvatten biedt om gebiedsspecifiek creatieve oplossingen te bedenken. Indien mogelijk moet het zeven van grond altijd worden overwogen. Verder ging hij in op de definities van grond volgens Bodem+. Regels zijn soms vreemd, maar volgens Gadella noodzakelijk om een taakstelling ten uitvoer te brengen. Zo kan in het huidige beleid grond met een maximale bijmenging van 20% bodemvreemd materiaal onder bepaalde voorwaarden worden hergebruikt conform de regels uit het Besluit Bodemkwaliteit, daarboven moet er altijd worden gezeefd. Een partij wordt niet meer als grond beoordeeld door VROM indien de samenstelling uit meer dan 50% bodemvreemd materiaal bestaat. SenterNovem/Bodem+ doet wel een uitspraak over niet-reinigbare grond, maar niet over de mogelijke reinigbaarheid van stortmateriaal met grondbijmenging. Dit wil echter niet zeggen dat materialen uit de bodem, waarvoor géén stortontheffing nodig is, niet te recyclen/scheiden zijn. Oude stortplaatsen, soms aanwezig als een puist in het landelijk gebied, bieden op verscheidene manieren nieuwe kansen voor herontwikkeling of inpassing in het landschap. Volgens de prikkelende stelling van Wouter van Hoorn (provincie Gelderland) moeten we oude stortplaatsen laten liggen en er iets moois van maken. Voorbeelden hiervan zijn: parkomgeving, een golfbaan of camping. ‘Afvalmining’ is een andere mogelijkheid. Wanneer een stortplaats ruimtelijke ontwikkelingen belemmert, kan deze afhankelijk van de samenstelling van het oorspronkelijk gestorte materiaal goed hergebruikt worden. Hierdoor kan zowel de grond van de stortplaats, als de daarin aanwezige bouwstoffen nuttig worden toegepast. Daarnaast schept het ruimte voor nieuwe gebiedsontwikkeling.Volgens Hannet de Vries - algemeen directeur VAR BV - vormt juist de Wbm-heffing (de milieubelasting op storten) die óók van toepassing is op op afval uit voormalige stortplaatsen met een laag soortelijk gewicht (€ 89,71 per ton) de grootste belemmering om deze oude stortlocatie op te ruimen. Bij eventuele scheiding in deelstromen werpt het reeds eerder gestorte materiaal een financieel obstakel op vanwege de hoge kosten voor herstort van het relatief lichte residu. Mede dankzij de deskundige maar vooral kritische dagvoorzitter Arno Peekel (SKB) en de actieve inbreng van de deelnemers kijkt VAR terug op een geslaagd symposium die stof tot nadenken op heeft geleverd. Hans Boer (VAR BV) zorgde voor een passende samenvatting van de meningen in de zaal en sloot de morgen af door de aanwezigen een hark aan te bieden, zodat men thuis in de tuin eigenhandig het bodemvreemd materiaal uit de grond kan halen. Bodem: Haal er uit, wat er in zit! U kunt de presentaties van de diverse sprekers downloaden van onze website. We nodigen u van harte uit om te reageren op de gegeven stellingen. Graag werken we samen met u aan een schoner en duurzamer Nederland.