AALSMEER - Bewoners van woningen in de buurt van het ‘Heegstraparkje’ langs de N201, is het ongetwijfeld opgevallen dat het parkje gedeeltelijk met hekwerk is afgezet. De reden hiervoor is de mogelijke aanwezigheid van asbest in de bodem van het park (Gemeente Aalsmeer, 10 september). Het is een standaardprocedure om bij de vondst van asbest het desbetreffende stuk grond af te zetten in verband met gezondheidsrisico’s. De gemeente heeft na uitvoerig onderzoek nu besloten om de zichtbare asbestdeeltjes te laten verwijderen. Om duidelijkheid te krijgen over de situatie heeft de gemeente onderzoek laten doen naar de aard van de asbestdeeltjes in het park en de omvang van het probleem. Uit dit onderzoek is nu gebleken dat er geen sprake is van ernstige bodemverontreiniging en dat er geen noodzaak voor bodemsanering aanwezig is. Ook zijn er geen risico’s voor de volksgezondheid. Wel gaat de gemeente opdracht geven aan een erkend asbestverwijderingsbedrijf om de kleine zichtbare deeltjes asbesthoudend materiaal te verwijderen. Zodra dit achter de rug is, zal het hekwerk verwijderd worden. Het een en ander zal op korte termijn gaan plaatsvinden. Ongeveer tegelijk met de vondst van het asbest is in het Heegstrapark in opdracht van de gemeente grond afkomstig van de Uiterweg gestort. Dit was nodig om hoogteverschillen van de bodem in het park weg te werken. In tegenstelling tot geruchten die de ronde deden, is deze grond van de Uiterweg niet de boosdoener. Uit het onderzoek dat gehouden is, blijkt dat de Uiterweg-bodem en die van het park met elkaar overeen komen. Waar de asbest dan wel vandaan komt, is vooralsnog onduidelijk.