Het symposium Bodembreed bestaat dit jaar 20 jaar en het valt samen met de week van de bodem. Een bijzondere Bodembreed dus, waarin het vak de ontwikkeling doormaakte van pionieren bij de aanpak van ernstige verontreinigingen tot een volwassen sector die een sterke verbreding doormaakt. Het gaat tijdens Bodembreed allang niet meer alleen om verontreinigingen, maar veel meer om de mogelijkheden die de bodem biedt bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken (SKB, 3 december). Dat bleek meteen al bij de eerste voordracht van prof. Pier Vellinga van de WUR. Hij verdiept zich daar onder meer in de gevolgen van de klimaatverandering en vooral in de methoden om daar wat aan te doen. Hij maakte duidelijk dat we hoogstens 50 jaar hebben om echt iets te doen tegen de stijging van verschillende broeikasgassen in de atmosfeer. Dat zal vooral moeten komen van het bijna geheel ophouden met het verbranden van fossiele brandstoffen; een reductie met 90 procent is nodig om de opwarming binnen de perken te houden. De bodem speelt daarbij een belangrijke rol: zowel als producent van broeikasgassen vanuit veen en toendra’s, als medium om koolstof in op te slaan. De bodem kan dienen als buffering voor koolstof, water en energie; de technische middelen zijn er. Wat nu vooral ontbreekt, aldus Vellinga, is een adequaat antwoord van beleid en bestuur om deze ontwikkelingen op grote schaal te gaan toepassen. ‘De klimaatverandering doet een beroep op een beter gebruik van de ondergrond’, aldus Vellinga.In de provincie Drenthe heeft men weinig last van een traag reagerende overheid, zo bleek uit de voordracht van Tanja Klip, gedeputeerde van deze provincie. Zij is zelf enthousiast ambassadrice van bewust bodemgebruik, en probeert mensen bewust te maken van het belang van de bodem. Haar slogan: ‘de bodem is van ons allemaal’. Drenthe wil vaart zetten achter bewust bodemgebruik, zoals de inzet van geothermie voor de kassen in het zuidoosten van de provincie en meer warmte koude opslag. Ook wordt gewerkt aan de 3D-structuurvisie voor onder- en bovengrond. BodemcanonElk zichzelf respecterende beroepsgroep heeft tegenwoordig zijn canon: het referentiekader van de gedeelde cultuur of ervaringen. In de bodemsector is, dankzij inspanningen van Bodem+ en een jury waarin ook Jong SKB is vertegenwoordigd, een ‘groslijst’van 25 hoogtepunten in de tijd tot stand gekomen, variërend van de jongste ijstijd tot NSP, Netherlands Soil Partnership. Theo Edelman maakte de top 5 bekend, die daaruit is gedestilleerd. Dat waren:De vorming van de Nederlandse bodem in de tijstijdLekkerkerkUitvinding van kunstmestUitvinding van de Edelmanboor (gestegen op nominatie)De Club van Rome waarschuwtHet is de bedoeling dat er van de 25 highlights uit de Bodemcanon een mooi boekje wordt gemaakt. Zie ook: www.bewustbodemgebruik.nl Week van de BodemHoewel nog niet helemaal ten einde (Bodembreed maakt er ook deel van uit) werd door Ruud Cino al teruggeblikt op deze week vol activiteiten, discussies en excursies. In totaal namen meer dan 2700 mensen aan alle onderdelen mee, zoals een familie- en vriendendag op de Hoge Veluwe, inclusief gratis cursus grondboren.Een belangrijk onderdeel was de aanbieding van de ‘Bodemspiegel’, een boekje over de vele mogelijkheden die de bodem biedt voor het bereiken van een duurzame samenleving. Minister Cramer nam de Bodemspiegel in ontvangst en mengde zich in het debat over de toekomst van de bodemsector. Dit debat werd geleid door Felix Rottenberg, die na afloop van de discussie zo gegrepen was door het onderwerp dat hij zich zonder meer kan beschouwen als bodemambassadeur. De minister gaf tijdens het debat aan dat zij het accent wil leggen op ordening van de bodem, en op het benutten van de functies die de bodem kan vervullen. Wel moet daarbij aangesloten worden op de lokaal van nature aanwezige potenties, zoals geothermie. Het Rijk is de hoeder van de ondergrond in haar visie, terwijl gemeenten de aangewezen overheden zijn om de WRO uit te voeren, en de provincies een taak hebben op gebiedsniveau. Met de afsluiting van de Week van de Bodem tijdens Bodembreed op 3 december is het internationale Jaar van de planeet Aarde tot een einde gekomen. Voor alle bodemprofessionals is het daarna weer business as usual: werken aan een duurzame bodem.