Bodemstudies naar asbest voor professioneel gebruik
- Gegevens
HAARLEM - De provincie Noord-Holland heeft twee bodemstudies uitgevoerd: een ‘asbest signaleringonderzoek’ en een ‘selectie van onderzoekslocaties’. Met het ‘asbest signaleringsonderzoek’ brengt de provincie in beeld welke locaties mogelijk met asbest verontreinigd zouden kunnen zijn. Met de ‘selectie van onderzoekslocaties’ geeft de provincie aan welke locaties in aanmerking komen voor bodemonderzoek (Provincie Noord-Holland, 15 april). De asbestproblematiek is vooral bekend geworden door gezondheidsproblemen in de provincie Overijssel als gevolg van de aanwezigheid van de asbestcementwarenfabrieken en de asbestwegen nabij deze fabrieken. Naar aanleiding van deze problematiek heeft het ministerie van VROM landelijke doelstellingen geformuleerd. De provincie Noord-Holland heeft de bodemstudies uitgevoerd op basis van deze doelstellingen.Asbest signaleringsonderzoekDe uitkomsten van het ‘asbest signaleringonderzoek’ onderzoek zijn bedoeld voor professioneel gebruik en kunnen door provincie en gemeenten worden gebruikt bij dynamiek: activiteiten zoals grondverzet, bouwen en het blussen van branden. De resultaten van het asbest signaleringsonderzoek hebben dan een signaalfunctie.Voor het ‘asbest signaleringsonderzoek’ is gebruik gemaakt van meerdere openbare bronnen waaronder Hinderwet dossiers en bouwjaar van gebouwen. De betrouwbaarheid van deze broninformatie bepaalt de betrouwbaarheid van het ‘asbest signaleringsonderzoek’. De resultaten van het onderzoek geven geen zekerheid over de aanwezigheid van asbest in de grond en in gebouwen, maar zijn een indicatie voor mogelijke asbestverontreiniging. Pas als nader onderzoek is gedaan kan worden bepaald of daadwerkelijk asbest aanwezig is.Uit het ‘asbest signaleringsonderzoek’ komt naar voren dat er in Noord-Holland geen omvangrijke asbestverontreinigingen te verwachten zijn vergelijkbaar met die in Overijssel. Wel is gebleken bij welke terreinen alertheid is geboden zodra daar werkzaamheden worden uitgevoerd. Om belangrijke conclusies te trekken voor individuele locaties is nader onderzoek noodzakelijk. Gemeenten kunnen zelf beslissen vervolg onderzoek te gaan doen. In het ‘asbest signaleringsonderzoek’ zijn Amsterdam, Haarlem, Alkmaar, Zaanstad en Wormerland niet meegenomen. Deze gemeenten beslissen zelf of ze een dergelijk onderzoek uitvoeren.Selectie onderzoekslocaties bodemVan een groot aantal locaties in Noord-Holland is de bodemkwaliteit nog onbekend. Locaties waarbij op basis van historische gegevens kans bestaat op verontreiniging komen in aanmerking voor nader onderzoek.In samenspraak met gemeenten is bepaald welke locaties dit zijn. De provincie gaat daar in samenwerking met gemeenten onderzoek doen naar mogelijke bodemverontreinigingen. Als eerste worden de terreinen onderzocht waar er een indicatie is van risico’s voor mensen. Is dat daadwerkelijk het geval dan zal de provincie samen met eigenaren, gemeenten en betrokken instanties stappen ondernemen. De minister van VROM wil verontreinigde bodemlocaties met risico’s voor de gezondheid van de mens met voorrang aanpakken. Voor het jaar 2010 wil zij deze onderzocht hebben. De minister wil uiterlijk in 2015 alle risico’s als gevolg van bodemverontreiniging gesaneerd of beheerst zien. Meer informatieEindrapport Asbest signaleringsonderzoek Noord-Holland Eindrapportage Analyse werkvoorraad en identificatie potentiële spoedlocaties