KRIMPEN AAN DEN IJSSEL - De verontreiniging van het EMK terrein is sinds 1989 in opdracht van VROM geisoleerd en onder controle gebracht. Dat is gebeurd in het kader van een zogenaamde ‘IBC maatregel’. Gebleken is echter dat de IBC maatregel niet meer stabiel is als gevolg van een te hoge waterstand. Hiermee is de verontreiniging in het kader van de IBC maatregel niet meer voldoende gecontroleerd. De DCMR heeft namens VROM en de Provincie de opdracht om de situatie van de bodemverontreiniging te onderzoeken en om de oorzaak van de hoge waterstand te achterhalen (Ballast Nedam, 27 december).

 

Indien de grondwaterstand kan worden verlaagd, is de verontreiniging van het EMK terrein weer gecontroleerd. Met de dan nog steeds aanwezige bodemverontreiniging is het EMK terrein niet geschikt voor de ontwikkeling van stedelijke- en bedrijven functies. Hierdoor kan kostbare ruimte vanuit het oogpunt van stedelijke (her)ontwikkeling niet worden benut en staat dit een kwalitatieve herontwikkeling van de Stormpolder (deels) in de weg.

ABL2 is door DCMR en de Gemeente Krimpen aan den IJssel gevraagd om een rol te spelen als onafhankelijk procesmanager en adviseur. ABL2 beschrijft de belangrijkste aspecten die verband houden met de saneringsopgave van het EMK terrein en de belangrijkste aspecten, zoals de potentiële baten, die verband houden met de wens van de Gemeente voor (her)ontwikkeling van de Stormpolder. Deze analyse is een eerste stap naar een uiteindelijke haalbaarheidsstudie voor de sanering van het EMK terrein en de herontwikkeling van de Stormpolder.