In dit rapport wordt verslag gedaan van de totstandkoming van het Landsdekkend Beeld en dan met name van het proces zoals dat heeft plaats gevonden in aansluiting op het Stappenplan Landsdekkend Beeld en de circulaire, vanaf november 2002 tot en met december 2004 (SenterNovem, 1 juli).
Tevens worden de resultaten van het project gepresenteerd en Eindrapport Nulmeting Werkvoorraad Bodemsanering 18 worden aanbevelingen gedaan voor hoe het Landsdekkend Beeld als basis voor een goede programmering kan dienen en wat daarvoor nodig is.
Aanleiding
In het Nationaal Milieubeleidsplan 3 (NMP3, 1997) wordt door het kabinet geconstateerd dat grote delen van de Nederlandse bodem zijn verontreinigd. De aanwezigheid van de verontreiniging en de daardoor verminderde gebruiksmogelijkheden van de bodem, heeft zowel in het stedelijk als het landelijk gebied ernstige ruimtelijke en economische gevolgen, zoals het stagneren van ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting, landinrichting, infrastructuur en bedrijventerreinen. Ook de waterbodem van veel rijkswateren en regionale en gemeentelijke waterlopen is op veel plaatsen ernstig verontreinigd, wat leidt tot stagnatie van de noodzakelijke baggeractiviteiten. Eveneens wordt geconcludeerd dat de omvang van de bodemverontreiniging nog altijd niet goed in kaart is gebracht, wat als een belangrijke oorzaak van de beschreven stagnatie moet worden beschouwd. Daarom is de doelstelling opgenomen om in 2005 een Landsdekkend Beeld van de bodemkwaliteit in Nederland beschikbaar te hebben.
Meer informatie:
Eindrapport Nulmeting Werkvoorraad Bodemsanering
