GRONINGEN- De provincie Groningen heeft haar bodemsaneringsprogramma voor de komende 5 jaar opgesteld. Met de uitvoering van de bodemsanering is een indicatief bedrag gemoeid van 33 miljoen euro (Provincie Groningen, 5 oktober).
De nadruk ligt op de sanering van voormalige gasfabriekslocaties en waterbodems. Ook besteedt de provincie aandacht aan de locaties die op basis van historische informatie verdacht zijn. Met de meest risicovolle locaties gaat de provincie actief aan de slag gedurende een periode van 25 jaar.
De provincie Groningen heeft vijf voormalige gasfabriekslocaties. De locaties in de gemeenten Appingedam, Stadskanaal en Pekela staan gepland om in de komende vijf jaar te worden gesaneerd. Centraal staat dat de bodemsanering wordt gecombineerd met de ontwikkeling van een gebied tot woonwijk of industriegebied. Daarnaast ligt een prioriteit bij de sanering van waterbodems. Een belangrijk deel van het budget wordt uitgetrokken voor het vervolg van de stadsgrachtensanering in Groningen.
De provincie Groningen is sinds 10 jaar bezig met een inventarisatie naar alle mogelijke gevallen van bodemverontreiniging. Afgelopen jaar heeft zij dit onderzoek afgesloten met een bestand van 24.000 locaties waarover bodeminformatie bekend is. Circa 2/3 daarvan ligt in het stedelijke gebied en 1/3 in het landelijke gebied.
De provincie heeft dit bestand in mei 2004 openbaar gemaakt via haar internetpagina. Naar verwachting zal een beperkt deel moeten worden gesaneerd. De 4.900 locaties waarop de meest bodembedreigende activiteiten hebben plaatsgevonden krijgen voorrang bij het bodemonderzoek en sanering.
De provincie werkt op dit gebied nauw samen met de gemeenten. Een deel van het bodemsaneringsbudget wordt aan de gemeenten ter beschikking gesteld om zelf de bodem te onderzoeken of te saneren. Ook de gemeenten zoeken hierbij zoveel mogelijk afstemming met stedelijke vernieuwingsprojecten.
In het landelijke gebied probeert de provincie de bodemsaneringsoperatie zoveel mogelijk te combineren met de regionale gebiedsontwikkeling, zoals bijvoorbeeld de landinrichtingsprojecten. Verder zal de provincie nader onderzoek verrichten naar voormalige stortplaatsen om te bezien welke stortplaatsen een saneringsnoodzaak hebben.
De provincie vraagt op basis van het Meerjarenprogramma financiering aan bij het Ministerie van VROM. Daarvoor is al vooroverleg gevoerd, op basis waarvan het Ministerie een indicatief budget van 33 miljoen voor het programma heeft gereserveerd. Begin 2005 vindt de definitieve toekenning van gelden plaats.